De Goudschat van Serooskerke

Een tweede schat, in Serooskerke! Op nog geen 200 meter afstand van het preiveldje worden in 1979 weer eeuwenoude munten uit de grond gehaald, ditmaal van zilver. Al snel barst rond deze tweede vondst een juridische strijd uit, die jarenlang zou duren: wie heeft recht op het vindersloon en wat is de definitie van 'geld'?

De kinderen van boer Piet Christiaanse blikken terug op de vondst van de munten. De impact op hun leven blijkt groot, en niet per se in goede zin. Jaloerse blikken, roddels en een documentaire hebben hun sporen nagelaten. En er speelt nog iets in Serooskerke: de verwachting dat er méér in de grond zou kunnen zitten.

In onze zoektocht naar de eigenaar van de gouden munten verlaten we Serooskerke. Was het een reiziger op doortocht? Zo komen we uit bij Jan Janszoon, die later als Murat Raïs uitgroeit tot een beroemde en beruchte piraat. Wat doet hij met al zijn rijkdommen in 1623 in het havenstadje Veere? Abdelkader Benali vertelt ons het bizarre levensverhaal van deze Nederlander.

Wie de goudschat verstopt heeft lijkt nog onduidelijk, maar een ding is zeker - hij moet rond 1622 de grond in zijn gegaan. Hoe dicht kunnen we bij de persoon komen die dit heeft gedaan? Wie in Serooskerke was er rond die tijd schatrijk? En waarom heeft hij of zij de munten nooit meer opgegraven?

De drie vinders en de gemeente Veere wrijven in de handen: ze zijn nu schatrijk! Toch? Daar komt antwoord op als de gouden munten uit Serooskerke onder de hamer gaan. De veiling van het jaar trekt verzamelaars van over de hele wereld. Wat maakt de munten zo bijzonder? En hoe is het knecht Adrie, de nog enige levende vinder, vergaan na de goudschat?